Palestijnse weigering om Israël te erkennen hét obstakel voor vrede

Spread the love

Niet de Israëlische politiek, maar de categorische weigering van Palestijnen om Israël te erkennen, is hét obstakel voor vrede, reageert Esther Voet op Jaap Hamburger en Willem-Gert Aldershoff (RD 20-1).

Als je Hamburger en Aldershoff moet geloven, ligt vrijwel alles wat er misgaat in het Midden-Oosten aan de Israëlische regering. Al de eerste zin van hun artikel geeft blijk van die eenzijdige kijk op de werkelijkheid. Hamburger en Aldershoff refereren aan een stuk in de Israëlische krant Ha’aretz, die schreef over de internationaal geïsoleerde positie van het land onder premier Netanyahu.

Even los van het feit of dat nu wel of niet waar is, beiden gaan volledig voorbij aan het feit dat in democratisch Israël de persvrijheid zo groot is dat allerlei standpunten van columnisten, zelfs met de meest extreme opvattingen, zonder pardon in Ha’aretz worden gepubliceerd. Een recht waar bevolkingen in alle Arabische staten tot op de dag van vandaag, ondanks de Arabische lente, jaloers op kunnen zijn; óók de pers op de Westoever en in de Gazastrook.

Het duo wenst blijkbaar niet stil te staan bij de misstanden in de Arabische wereld. Onderdrukking van vrouwen, christenen en andere minderheidsgroeperingen, zijn daar aan de orde van de dag.

Daarnaast valt het ernstig te betwijfelen of de in het stuk gestelde „onderdrukking van de Palestijnen” door alle Palestijnen zal worden onderschreven. Er zijn 1,1 miljoen Israëlische Palestijnen. Velen van hen zullen verklaren zich helemaal niet onderdrukt te voelen. Ze hebben stemrecht en zijn door middel van diverse partijen vertegenwoordigd in de Knesset, het Israëlisch parlement. Rechten die ze in geen enkel Arabisch land, Jordanië uitgezonderd, bezitten.

In het artikel wordt Israël impliciet verantwoordelijk gehouden voor het feit dat de Palestijnen geen eenheidsregering hebben. Maar zelfs de grootste Israëlische Palestijnenknuffelaar had de verdeeldheid tussen de Palestijnen op de Westoever en die in de Gazastrook, die enkele jaren geleden nog tot een soort van burgeroorlog leidde, niet kunnen tegenhouden.

Onlangs nog werd een Fatah­delegatie, die op basis van het net gesloten ‘vriendschapsakkoord’ met Hamas, Gaza wilde bezoeken, pardoes door Hamas achter slot en grendel gezet. Het bericht haalde alleen een Arabische krant die wordt uitgegeven in Oost-Jeruzalem.

Dus vredesonderhandelingen? Ja graag! Maar met wie? Netanyahu was tijdens zijn speech in de Portugese synagoge deze week klip-en-klaar: „Kom praten, kom om de tafel zitten, waar dan ook! Israël stelt geen voorwaarden vooraf.” Een uitnodiging die al jaren wordt geweigerd.

Abbas gebruikt voor die weigering de eis dat Israël eerst alle bouwactiviteiten in de nederzettingen moet stoppen. Maar toen Netanyahu in 2010 een tien maanden durende bouwstop afkondigde, bleef Abbas’ plaats aan de onderhandelingstafel pijnlijk leeg.

Hamas is nog minder subtiel. Minister-president Haniyeh, de leider in Gaza, verklaarde op 14 december: „De gewapende strijd is een strategische keuze om Palestijns land te bevrijden van de [Middellandse] Zee tot de [Jordaan] rivier […]. De Hamasbeweging zal intifada na intifada leiden, tot we Palestina bevrijden, héél Palestina.” Geen wonder dat Israëliërs de neiging hebben om de naar de internationale wereld uitgesproken mooie woorden van Palestijnse leiders met een behoorlijke korrel Dode Zeezout te nemen.

Het duo Hamburger en Aldershoff wil doen geloven dat het nederzettingenbeleid van Israël hét grote struikelblok is voor vredesonderhandelingen. Hoe kort van memorie. In het verleden heeft Israël tot twee keer toe bewezen dat het uitstekend in staat is nederzettingen te ontruimen. Dat deed het land in 1982 met het ontruimen van de Sinaï, dat deed het een aantal jaren geleden ook met de ontruiming van Gaza.

De Sinaï werd opgegeven voor een kille vrede met Egypte, Gaza werd ontruimd voor alleen de hoop op toenadering. Israël kreeg er een terroristische buur voor terug die regelmatig raketten op Israëlisch grondgebied afvuurt. In 2011 alleen al 680 stuks. Wie zegt dat het land in de toekomst niet ook zo’n dreiging vanuit de Westoever te verduren krijgt?

Maar al te graag wordt het nederzettingenbeleid naar voren geschoven als het grootste obstakel voor vrede tussen Israël en de Palestijnen. Terwijl het werkelijke obstakel wordt vergeten: de sinds 1948 categorische weigering van de Palestijnen en van verreweg de meeste Arabische landen om Israël te erkennen als een staat (de énige staat) voor het Joodse volk.

Op 27 augustus 2011 verklaarde president Abbas: „Niemand kan ons dwingen de staat Israël als Joodse of Hebreeuwse staat te aanvaarden. Wij zullen er niet mee instemmen.” Pas als deze decennia lange, onhoudbare Palestijnse blokkade wordt beëindigd, maakt de vrede een kans.

De auteur is adjunct-directeur van het Centrum Informatie en Documentatie over Israël (CIDI).

Bron

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *