Een samenvatting van een boek uit 1695 over palestina.
Het boek is geschreven in het Latijns in 1695. Relandi heeft het gebied dat destijds Palestina werd genoemd beschreven. De auteur is geograaf, cartograaf, reiziger en filoloog. Hij sprak meerdere Europese talen, Arabisch, oud Grieks en Hebreeuws.
Hij bezocht bijna 2.500 plaatsen die in de Bijbel genoemd worden. Het onderzoek werd als volgt gedaan:
Hij tekende eerst een kaart van Palestina en wees elke plaats die in de Bijbel voorkomt aan met hun oorspronkelijke naam. Als de oorspronkelijke naam Joods was, betekende dat “pasuk”, een suggestie in de Heilige Schrift wat de naam betekende.
Als de oorspronkelijke naam Rooms of Grieks was, dan werd de verbinding in Latijns of Grieks gemaakt. Tot slot deed hij een volkstelling per plaats.
Conclusies
Hieronder volgen de belangrijkste conclusies en een aantal feiten:
- Het land is voornamelijk leeg, verlaten, dunbevolkt. De meeste mensen wonen in Jeruzalem, Akko, Tsfat, Jaffa, Tveria en Gaza
- Het grootste deel van de bevolking is Joods. Verder is vrijwel iedereen christen. Er zijn erg weinig moslims en dan vooral bedoeïenen
- De enige uitzondering is Nablus (nu Shchem), waar ongeveer 120 mensen van de moslim familie Natsha en ongeveer 70 Samaritanen wonen
- In Nazaret, de hoofdstad van Galilea, wonen ongeveer 700 mensen, allemaal christenen
- In Jeruzalem wonen ongeveer 5.000 mensen, bijna allemaal Joden en een paar christenen
- In 1695 wist iedereen dat de oorsprong van het land Joods is
- Er is niet één plaats in Palestina met Arabische wortels in haar naam
- De meeste plaatsen hebben namen met Joodse wortels, een paar Grieks of Romeins Latijns
- Behalve de stad Ramla is er geen Arabische plaats met een oorspronkelijk Arabische naam. Joodse, Griekse of Latijnse namen die zijn veranderd in Arabische hebben geen enkele betekenis in het Arabisch. In het Arabisch is er geen betekenis in plaatsnamen als Akko, Haifa, Jaffa, Nablus, Gaza of Jenin en namen als Ramallah, al-Khalil (Hebron), al-Quds (Jeruzalem) hebben geen filologische of historische Arabische achtergronden.
In 1696 werd Ramallah bijvoorbeeld Bethel (Beit El, Huis van God) genoemd. Hebron heette Hebron en de Grot van Maphel werd el-Khalil (de bijnaam van Abraham) genoemd door de Arabieren. - Relandi noemt moslims alleen als nomadische bedoeïenen die als seizoenswerkers naar de steden kwamen in landbouw of bouw
- In Gaza leefden ongeveer 550 mensen, de helft van hen was Joods, de andere helft Christen. Joden waren succesvol in landbouw, in het bijzonder met wijngaarden, olijven en tarwe. Christenen waren bezig met handel en transport.
- Joden leefden in TVeria en Tsfat, maar hun beroepen worden niet vermeld, behalve het traditionele vissen in Kineret.
- In het plaatsje Um El Fahm leefden 10 families, allemaal christenen (ca. 50 mensen) en stond een kleine kerk
Het boek weerlegd de theorieën over “Palestijnse tradities”, “Palestijnse mensen” volledig en geeft amper enige link weer tussen het land en de Arabieren die in 1965 zelfs de Latijnse naam van het gebied stalen om voor zichzelf te gebruiken.
Boek door Hadriani Relandi (Adrian Reland) (1676 – 1718) over Palestina, gepubliceerd in 1714 in Utrecht.